Waarom het mooi is
- The 'O'
- 24 apr
- 3 minuten om te lezen
Veel mensen laten dolgraag aan anderen weten wat ze wel en niet mooi vinden. Althans wij horen dagelijks in de winkel kreten als ‘kijk, ‘dit’ vind ik nou geweldig”, of iets van die strekking. Naast het nuchtere mededelen lijken het ook pogingen om elkaar te pijlen: ‘hoe eens of oneens zijn wij het?’ En daarachter gloort ongetwijfeld meestal de hoop dat we het eens zijn met elkaar. Zal wel iets groepsdynamisch zijn. Omdat – volgens wetenschappers – een gunstige esthetische gewaarwording het stofje dopamine opwekt, neem ik aan dat het delen van zo’n ervaring nog meer dopamine vrijmaakt.
Één en ander zegt nog niets over de redenen waarom we het ene mooi vinden en het andere niet. Ook hier weet de wetenschap raad. Dat wil zeggen: ze onderzoeken zaken en speculeren vervolgens over wat de beweegredenen zijn achter de drang ‘iets mooi te vinden’. Het heeft volgens de deskundigen iets te maken met de biologische aandrang te voorzien in de eerste levensbehoeften, zoals veiligheid, voedsel en seks. Mannen met de meest indrukwekkende ‘hulpmiddelen’, uitrusting of uitdossing lijken meer kans maken in het zorgen voor bescherming, eten en nageslacht. Voor vrouwen geldt dat hun aantrekkingskracht sterk zou samenhangen met hoe gezond c.q. vruchtbaar ze er uitzien. Voor beide seksen geldt dat onder meer samen te hangen met ‘symmetrische gelaatstrekken’, wat zou duiden op gezondheid en dus weer een grotere kans op voortplanting. Maar ook op het verwerven van aanhang zoals vrienden en derhalve de veiligheid die een groep doorgaans biedt. We zijn nu eenmaal sociale dieren.

Voordat Freud erbij wordt gehaald heeft een esthetisch oordeel dus vooral en ten diepste te maken met overleven en voortplanting. Een afgeleide van dit instinct is dan de neiging waardering te voelen voor esthetische zaken als kunst en design. Daarbij lijkt de veronderstelling op te gaan dat het niet zozeer gaat om het (al dan niet) bewonderde object zelf. Maar vooral om het gevoel bij de groep te horen die ongeveer hetzelfde oordeelt over het object. De rationalisatie volgt later.
Laat mijns inziens onverlet dat zaken als herkenning, originaliteit, verassing, herinneringen ook een rol spelen. Warme aardetinten of harde primaire kleuren: je oordeel wordt onder meer gekleurd door wat je gewend bent en meegemaakt hebt, en wat derhalve goed voelt of juist slechte gevoelens oproept. Stel je hebt iets naars meegemaakt in een kleuterklas vol met primaire kleuren, dan is de kans groot dat je een hang krijgt naar het tegenovergestelde. Psychologie van de koude grond, maar zo luidt – vrij vertaald - ongeveer de theorie.
Mijmerend over wat nog meer, ligt het voor de hand dat de aantrekkelijkheid van iets groeit naarmate het duurder is. Dat suggereert namelijk niet alleen dat de kwaliteit beter is maar ook dat de koper in goede doen is. Zonder het te beseffen zegt een prestigieuze aankoop daarom weer iets in de geest van: ‘Ik ben succesvol, dus ik bied veiligheid en comfort voor mijn partner én onze trits kinderen’.
Aantrekkelijk of mooi is ook het bijzondere en helemaal het zeldzame. Zelfs Andy Warhol, die het gewone, zoals een soepblik, tot kunst wist te verheffen, dankte zijn populariteit uiteindelijk toch aan de exclusiviteit van zijn werk. Want exclusief = succesvolle koper = alles wat daaruit volgt. Kennelijk zitten wij nu eenmaal zo in elkaar.
Resumerend vinden we dus vooral iets mooi - alle verheven rationalisaties ten spijt - omdat we diep van binnen op zoek zijn naar bestaanszekerheid. Een ontnuchterende vaststelling.
Comments